Volksverhaal Vianen – Opkomst en neergang van de geuzen / Castle Batestein and the Beggers

Opkomst en neergang van de geuzen

Van kasteel Batestein, aan de rand van de binnenstad van Vianen, bestaan nu nog maar een paar resten. Niets herinnert er meer aan dat op dit kasteel rond 1565 wereldgeschiedenis werd geschreven. Het was de plek waar de edelen uit Nederland samenkwamen om te bespreken hoe ze iets konden doen tegen de keiharde maatregelen van de Spaanse bezetter, en dan vooral de kerkelijke inquisitie.

Kasteel Batestein was het domein van Hendrik van Brederode, de leider van het Verbond der Edelen dat – heel voorzichtig, heel strategisch – in actie kwam tegen de Spanjaarden. Op het kasteel werd het eerste concept geschreven van het beroemde Smeekschrift der Edelen. Eind maart 1565 vertrokken de edelen naar Brussel, waar zij hun smeekschrift aan de landvoogdes Margaretha van Parma wilden aanbieden. Als laatsten verscheen, op 5 april 1565 ’s middags tussen twaalf en een, ook Hendrik van Brederode – hij trotseerde eventuele preventieve acties van het Spaans gezag. Hij vormde de staart van een lange stoet van wel 400 edelen. Van Brederode voerde het woord. Hij legde er de nadruk op dat de edelen geen oproer kraaiden, en dat hun geschrift ook niet tegen het Spaanse gezag was gericht: ze wilden slechts verzachting van maatregelen tegen de aanhangers van de nieuwe godsdienst, het protestantisme, en opschorting van de inquisitie. Het optreden van de edelen was waardig en hun smeekschrift uitgesproken beheerst.

Margaretha zegde Hendrik van Brederode toe dat zij de boodschap aan Madrid zou overbrengen en kondigde alvast enige matiging af in de maatregelen tegen ketters. Hendrik bood na afloop van de geweldloze demonstratie zijn honderden vrienden een feestmaal aan. Daar sprak hij ze toe en hij vermeldde dat Graaf de Barlaymont, een van Margaretha’s naaste adviseurs, haar bij de aanbieding had toegesfluisterd: “Ce ne sont que des gueux.” (Het is maar een stelletje bedelaars). Hendrik stelde voor dat de protestbeweging vanaf dat moment “Geuzen” als erenaam zou gaan gebruiken. Dat voorstel werd met een luid “Vive les Gueux!” beantwoord.

Maar het smeekschrift had weinig effect. De Spaanse koning Filips II had geen enkel mededogen met de ketters in Holland. Ook nieuwe smeekschriften hielpen niet. Het gevolg was hooguit dat Hendrik van Brederode steeds meer als de vijand van Spanje werd gezien. Margaretha van Parma, die in Vianen een spion had zitten, werd op de hoogte gehouden van alle subversieve activiteiten daar, zoals het feit dat in Vianen “livres mauvais” werden gedrukt: slechte boeken, boeken dus waarin de nieuwe godsdienst werd aangeprezen. Vanaf 1563 werden namelijk – met goedkeuring van Hendrik van Brederode – boeken en pamfletten gedrukt die elders verboden waren. Als vrijheer van Vianen trok Hendrik van Brederode zich niets aan van de censuurregels die door koning Filips II werden uitgevaardigd. In Vianen heerste ook vrijheid van godsdienst. Van de Beeldenstorm, die inmiddels vanuit de zuidelijke contreien over de Nederlanden raasde, moest Hendrik weinig hebben. Dat de heiligenbeelden uit de kerken werden weggehaald, kon hij billijken, dat ze werden kapotgeslagen, vond hij te ver gaan. Het vreedzame verzet van de edelen werd langzaam grimmiger en gewelddadiger. Kasteel Batestein werd een van de haarden van de gewapende actie. Vianen begon versterkingen rond de stad te bouwen. Dat Hendrik kanonnen had gekregen van Willen van Oranje viel bij de Spanjaarden niet in goede aarde. Van Brederode vond dat onzin, hij liet hen weten dat hij zijn kleine stadje slecht wilde verdedigen tegen “geboefte, rovers en snaphanen.” Maar wanneer koning van Spanje Filips II de hertog Alva naar de Nederlanden stuurt om de oproer de kop in te drukken wordt Vianen ingenomen. Van Brederode was al weg om Amsterdam te verdedigen en Hendriks bezittingen vervallen aan de Spaanse koning. Grote delen van de muren om de stad worden geslecht, de poorten onklaar gemaakt, passages door de grachten gelegd; Vianen wordt een ontmantelde vesting en zou dat altijd blijven.

Toelichting

De eerste bouwers van kasteel Batestein waren de heren Van Vianen die rond 1370 begonnen op een strategisch gelegen plaats langs de Lek. Batestein werd ontleend aan de naam van de echtgenote van Gijsbrecht van Vianen: Beatrix van Egmond. De verklaring voor de naam is als volgt: Beatrix wordt Beate of Bate. Stein betekent huis. Batestein = het huis van Bate.

In 1696 verwoestte een brand het kasteel. Het restant bleef tot het begin van de 19e eeuw in gebruik als kazerne en militair hospitaal en werd daarna geleidelijk gesloopt. De bakstenen werden gebruikt voor dijkverzwaring en voor de productie van cement. In het stadsbeeld van Vianen zijn enkele overblijfselen van kasteel Batestein te zien bij de Hofpoort met de pomp.

 

Castle Batestein and the Beggers

Little is left of castle Batestein, once dominating the skyline of Vianen. Just some ruins near the old center of the city. One wouldn’t think world history was written here, back in 1565. In that year, Dutch noblemen gathered in the castle to discuss their peaceful actions against the harsh regime of the occupying Spanish forces and the Inquisition. Compromise of Nobles

Henry, Count of Brederode, owner of the castle, led a group of noblemen, known as the Compromise of Nobles. Carefully and strategically they opposed the Spanish invaders. At castle Batestein they wrote the first concept of their famous Petition.

End of March 1565 they took off to Brussels in order to present their document to Regent Margaret of Parma. Brederode led of a long cavalcade of four hundred noblemen, defying the Spanish authorities. Respectfully he explained to Margaret they did not mean to be disobedient. They only pleaded for suspension of the Inquisition. They also sought moderation of the placards against heresy in the Netherlands. Margaretha promised Henry to convey his message to her brother, King Philip II of Spain.


The Beggars

During a banquet celebrating their non-violent protest, Brederode proposed to his comrades to call there group Beggars. It seemed that one of Margaret’s close advisors, Count de Barlaymont, had called the band of nobleman no more than a bunch of beggars. ,,Ce ne sont que des gueux.” Henceforth the Geuzen would be the name of their party.

Batestein center of armed resistance

The petition proved unsuccessful. Philip II showed no mercy for Dutch heretics. Subsequent petitions made him even sterner. What made matters worse was that Brederode openly tolerated the printing of Protestant books. Something Philip II had strictly forbidden.

Gradually the peaceful actions of the noblemen changed into violence. Castle Batestein became the center of armed revolt. Vianen reinforced its walls and William of Orange provided the city with cannons. That went too far for Spain. Philip ordered Count Alva to The Netherlands. His job was to crush the uprising. Vianen was taken. Henry escaped Alva’s repercussions as he was in Amsterdam. All of his properties though were impounded and his castle was forever dismantled.


The end of Batestein

The construction of de castle started roundabout 1370. The Lords of Vianen chose the spot because it was strategically located at the banks of the river Lek. The castle’s name was derived from that of Gijsbrecht of Vianens spouse, Beatrix of Egmond. (Beatrix is Bate and stein means house. Batestein: the house of Bate.

Alas, a fire destroyed this house in 1696. What the flames spared was used as a military hospital and barracks, all of which people later demolished. Its stones were used to reinforce levees and for the production of concrete. A little bit remained. It can be viewed in the center of Vianen, near the Hofpoort with the water pump.